De eerste mooie zonnige dagen zitten er al weer op. Het huidige boekingsseizoen kwam dit jaar weer later op gang. Het lijkt wel of ieder jaar het boekingsmoment van de consument een weekje opschuift. Dat levert bij de meeste recreatieondernemers in de verblijfrecreatie een gezond spanningsveld op.
Het is al langer bekend dat het aantal geregistreerde toeristische overnachtingen redelijk stabiel is, en hier en daar zelfs een dalende trend laat zien. Al deze informatie is niet geheim maar ligt binnen de branche gewoon op straat.
“Waar hebben we dat nou aan te danken”, zie je menig campingeigenaar denken met gefronste wenkbrauwen. Als je een beetje afstand neemt van het vakantie product dan kun je wel een aantal zaken vaststellen;
– De prijsstelling van veel campings benaderd die van de bungalow, ere hotels en bed & breakfasts. Er is echter wel een groot verschil: de hedendaagse consument verwacht alom aanwezig comfort, en dat is vaak in zeer diverse vormen, of soms helemaal niet te vinden is op de meeste kampeerterreinen. Het is allemaal te veel van hetzelfde. Uitzonderingen daar gelaten. Maar bij die betere bedrijven is het gemis aan samenwerking en een bijbehorende krachtige formule (branding) de oorzaak van een tekort aan marketingbudgetten om de toerist te verleiden.
– Ook ontbeert het in deze campingbranche aan visie waar het heen moet met z’n allen. Te veel ere afsplitsingen van een aantal camping bedrijven bij elkaar die op een amateuristische wijze boven de rest willen uitsteken.
Natuurlijk is regio- en gebiedsvermarkting van belang en een goed instrument om toeristen te lokken. Waar het aan ontbreekt is een loket waar de totale branche zowel in Nederland als daarbuiten op een professionele wijze aan de man wordt gebracht. Er dienen zich volop kansen aan. Zo worden tickets voor vliegen steeds duurder en het rijden onbetaalbaar. Het wordt dus makkelijker om de consument te verleiden om dichter bij huis te bivakkeren. Wel moeten dan de voorzieningen en comfort naar een hoger niveau. Dat kan bijvoorbeeld door het realiseren van slecht weer voorzieningen en differentiatie in verblijfsaccommodatie. Internet mag niet meer ontbreken en het service niveau moet omhoog in combinatie met de klantvriendelijkheid en de hospitality. Ook het aanbod in Foodconcepten verdient meer en meer aandacht en de snackbar is ook op de camping allang een gepasseerd station.
Het is niet te begrijpen dat de ADAC Camping bedrijven in Nederland niet gezamenlijk optrekken bijvoorbeeld. Andere samenwerkingsverbanden zijn te veel gestoeld op kostenreductie dan op het werven van klanten. Off line marketing staat nog maar in de kinderschoenen en er wordt te weinig gedaan aan Meten is Weten. Hoe weten wij
De eerste mooie zonnige dagen zitten er al weer op. Het huidige boekingsseizoen kwam dit jaar weer later op gang. Het lijkt wel of ieder jaar het boekingsmoment van de consument een weekje opschuift. Dat levert bij de meeste recreatieondernemers in de verblijfrecreatie een gezond spanningsveld op.
Het is al langer bekend dat het aantal geregistreerde toeristische overnachtingen redelijk stabiel is, en hier en daar zelfs een dalende trend laat zien. Al deze informatie is niet geheim maar ligt binnen de branche gewoon op straat.
“Waar hebben we dat nou aan te danken”, zie je menig campingeigenaar denken met gefronste wenkbrauwen. Als je een beetje afstand neemt van het vakantie product dan kun je wel een aantal zaken vaststellen;
– De prijsstelling van veel campings benaderd die van de bungalow, ere hotels en bed & breakfasts. Er is echter wel een groot verschil: de hedendaagse consument verwacht alom aanwezig comfort, en dat is vaak in zeer diverse vormen, of soms helemaal niet te vinden is op de meeste kampeerterreinen. Het is allemaal te veel van hetzelfde. Uitzonderingen daar gelaten. Maar bij die betere bedrijven is het gemis aan samenwerking en een bijbehorende krachtige formule (branding) de oorzaak van een tekort aan marketingbudgetten om de toerist te verleiden.
– Ook ontbeert het in deze campingbranche aan visie waar het heen moet met z’n allen. Te veel ere afsplitsingen van een aantal camping bedrijven bij elkaar die op een amateuristische wijze boven de rest willen uitsteken.
Natuurlijk is regio- en gebiedsvermarkting van belang en een goed instrument om toeristen te lokken. Waar het aan ontbreekt is een loket waar de totale branche zowel in Nederland als daarbuiten op een professionele wijze aan de man wordt gebracht. Er dienen zich volop kansen aan. Zo worden tickets voor vliegen steeds duurder en het rijden onbetaalbaar. Het wordt dus makkelijker om de consument te verleiden om dichter bij huis te bivakkeren. Wel moeten dan de voorzieningen en comfort naar een hoger niveau. Dat kan bijvoorbeeld door het realiseren van slecht weer voorzieningen en differentiatie in verblijfsaccommodatie. Internet mag niet meer ontbreken en het service niveau moet omhoog in combinatie met de klantvriendelijkheid en de hospitality. Ook het aanbod in Foodconcepten verdient meer en meer aandacht en de snackbar is ook op de camping allang een gepasseerd station.
Het is niet te begrijpen dat de ADAC Camping bedrijven in Nederland niet gezamenlijk optrekken bijvoorbeeld. Andere samenwerkingsverbanden zijn te veel gestoeld op kostenreductie dan op het werven van klanten. Off line marketing staat nog maar in de kinderschoenen en er wordt te weinig gedaan aan Meten is Weten. Hoe weten wij wat de klant van ons mag verwachten als wij het hem niet vragen. De branche is nog immer verdeeld. De RECRON is een grootschalig onderzoek gestart i.p.v. het opeisen van een voortrekkersrol als marketeer. Het gaat heden ten dage om de gunst van de consument. De SVR (stichting Vrije Recreatie) kiest haar eigen weg en hier is geen enkel uitzicht op samenwerking die juist zo hard nodig is. Een denktank van de betere recreatie ondernemers uit de praktijk had wellicht iets meer opgeleverd om uitzicht te bieden op “a camping of happyness”.
. De branche is nog immer verdeeld. De RECRON is een grootschalig onderzoek gestart i.p.v. het opeisen van een voortrekkersrol als marketeer. Het gaat heden ten dage om de gunst van de consument. De SVR (stichting Vrije Recreatie) kiest haar eigen weg en hier is geen enkel uitzicht op samenwerking die juist zo hard nodig is. Een denktank van de betere recreatie ondernemers uit de praktijk had wellicht iets meer opgeleverd om uitzicht te bieden op “a camping of happyness”.