De bouwmarkten en tuincentra waren afgelopen weekend ondanks de waarschuwingen geen massa’s op te zoeken vol met bezoekers. Waarom zien we een bezoek aan het tuincentrum als een uitje?
Onder de bewoners van Delft is de afrit van de A13 richting het centrum een berucht verkeerspunt. Al meerdere malen werd deze afrit afgesloten vanwege de grote verkeersstroom van IKEA-bezoekers. Dit gebeurt voornamelijk in vakantieperiodes.
Ook bij tuincentra of kampeerhallen kan het op zondagen of in de vakantie een drukte van jewelste zijn. Dit soort winkels wordt op onder meer mamablogs veelvuldig aangeraden als lekker dagje uit met kinderen. “Er is zo veel te zien. Mijn tweejarige keek echt haar ogen uit in het tuincentrum”, schrijft blogger Yvette Bosch over een bezoekje.
‘Winkelen voor plezier’ is een populaire vrijetijdsbesteding
De populariteit van dit soort winkels als dagje uit is ook terug te vinden in de cijfers van het ContinuVakantieOnderzoek. Dit driejaarlijkse onderzoek bekijkt hoe Nederlanders hun vrije tijd invullen. Een van de dingen die zij het liefste doen, is ‘winkelen voor het plezier’, blijkt uit dit onderzoek.
In 2018 maakte 81 procent van de Nederlanders een uitstapje naar een winkel voor hun plezier. Het onderzoek maakt geen onderscheid tussen bijvoorbeeld kledingwinkels of meubelboulevards.
Volgens consumentenpsycholoog Patrick Wessels zijn er drie redenen waarom een bezoek aan de woonboulevard of het tuincentrum als een leuk verzetje wordt beschouwd. De eerste reden is dat je er niet uit noodzaak, maar uit vrije wil heen gaat. “Als je brood of melk op is, moet je naar de supermarkt. Je ervaart daarin geen autonomie. Maar bij de meubelboulevard heb je dat gevoel helemaal niet. Je maakt zelf de keuze om daarnaartoe te gaan. Dat maakt het per definitie al leuker dan een keuze die je opgelegd krijgt.”
Aankopen zijn leuker wanneer je ze niet nodig hebt
Daarnaast spelen ook de producten die je er koopt een rol. “In de supermarkt koop je dingen die je nodig hebt. In het tuincentrum of de meubelboulevard doe je hedonistische aankopen, ofwel dingen die je leuk vindt. Die heb je niet nodig, maar je denkt dat het leven er wel iets leuker van wordt.”
Meubelboulevards en tuincentra spelen zelf ook erg in op het idee dat ze een vrijetijdsbesteding zijn, ziet trendwatcher Hans van Leeuwen van advies- en kennisbureau Pleisureworld. “Kijk bijvoorbeeld naar de Intratuin, waar ze aan het eind van het jaar altijd een grote kerstshow doen. En steeds vaker zit er ook een uitgebreid restaurant bij waar je koffie kunt drinken of een frietje kunt eten.”
Meer nieuwe dingen zien
Tot slot komen mensen naar de meubelboulevard of het tuincentrum om ‘verrast te worden’, zegt consumentenpsycholoog Wessels. “Mensen houden van nieuwe ervaringen, van dingen zien die ze nog niet hebben gezien. De weg van je werk naar huis is niet spannend, maar als je op de fiets een nieuwe route fietst, kan het heel leuk zijn. Zo werkt het ook met winkelen.”
Deze drie elementen gecombineerd maken van het tuincentrum of de meubelboulevard een kleine alternatieve wereld waarin je even kunt ontsnappen aan het dagelijks leven. Wessels: “Je stelt je voor hoe geweldig je leven zou zijn met een mooi ingerichte tuin.”